zondag 21 december 2014

Ziel

Om Termunterzijl.














Met een stukje Boog

Basler Leckerli

De kerstperiode is al een tijdje geleden begonnen (volgens mij al op 25 maart, volgens anderen dit jaar pas op 30 november) en nodigt altijd uit tot bakken. Ik heb daarvoor een aantal jaren geleden van mijn zusje een prachtig boekje gekregen, 'Wunderbare Weihnachtsbäckerei - Plätzchen, Lebkuchen & Co.', geschreven door Ursula Stiller. Geweldig boekje, maar alleen nog tweedehands verkrijgbaar.

Afgelopen week heb ik de Basler Leckerli gemaakt, zoals de naam al zegt een lekkernij uit Basel. Je kunt ze natuurlijk kant en klaar kopen (het Läckerli Huus in Basel heeft een prima webshop) maar zelf bakken is veel leuker en vast ook lekkerder.

En dan leg je het op je kerstservies

Wat heb je nodig voor ongeveer 50 Leckerli (bij mij zijn het er wat minder geworden omdat ik wat dikker heb gebakken en wat groter heb gesneden):

250 gram honing
250 gram suiker
4 eetlepels water
beetje zout (zonder gaat ook prima)
schil van een onbespoten citroen
theelepel gemalen kruidnagel
theelepel gemalen kaneel
mespunt versgeraspte nootmuskaat
400 gram bloem (het recept geeft type 405 aan, dat is de meest fijne soort)
2 theelepels bakpoeder
100 gram geconfijte sukadeblokjes (ik koop dat bij de buren als Citronat)
50 gram geconfijte sinaasappelschil (bij de buren kun je dat als Orangeat in blokjes kopen)
200 gram gehakte witte amandelen

100 gram poedersuiker en 3 eetlepels Kirschwasser voor het glazuur

margarine of boter om de plaat in te vetten

oven op 180 graden.

Als je dat allemaal verzameld hebt: in een klein pannetje honing, suiker, zout en water op een niet te hoge vlam smelten (blijf wel roeren) en daarna het mengsel wegzetten en laten afkoelen. Zodra het bijna op kamertemperatuur is met een mixer met kneedhaken de reepjes citroenschil, kruidnagel, kaneel en nootmuskaat door de massa werken.

De bloem en het bakpoeder door elkaar zeven, 2/3 door het honing/suikermengsel roeren. Sukade, sinaasappelschil, amandelen en uiteindelijk ook de rest van de bloem door het deeg kneden. 

Het deeg op de ingevette bakplaat uitrollen tot ongeveer een halve centimeter dik (bij mij was het wel wat dikker, gaat ook prima) en het recept zegt dan met wat bloem bestuiven. Dat laatste heb ik niet gedaan, daar zag ik het nut niet van in. Ongeveer 25 minuten baktijd heb je nodig.

Voor het glazuur de poedersuiker en het Kirschwasser even kort opkoken. Direct na het bakken het gebak van de plaat halen en het glazuur er overheen werken. Meteen na het bakken de Leckerli in rechthoeken van ongeveer 4x6 centimeter snijden, vooral niet wachten tot het afgekoeld is! En nee, ik heb óók niet gewacht tot het afgekoeld was. Voor je het gaat eten rustig laten afkoelen, de structuur van het gebak verandert nog wat. Na ongeveer 12 uur rustig laten staan smaakt het erg goed. Na vijf dagen niet in een trommel of afgesloten bewaren is het nog niet uitgedroogd en zijn de Leckerli nog steeds erg lekker!

Vers gesneden
Het boekje: ISBN 978-3-8094-2395-9


zaterdag 20 december 2014

Het kerkje van Swartewold

Een eindje verderop, vlak over de grens, ligt het gehucht St. Georgiwold (Sündt-Jürgenswoldt, Sünt Jürenswold, Swartewold en nog wel wat andere vomen) . Een stuk of tien, twaalf behuizingen en zo'n 70 inwoners. En een kerkje. In 1689 op deze plek neergezet, 1712 een torentje aan de westkant erbij gebouwd, de boel niet echt gefundeerd, slappe bodem en dan verzakt de boel wel, zelfs zonder gaswinning. In 1960 is de kerk daarom herbouwd met de oude stenen en in dezelfde vorm.















Voor de liefhebber: zoals het een goed dorp betaamt is het in de loop der eeuwen aan het wandelen gegaan,, de kerk dus ook. Van een voorganger van het kerkje zijn restanten gevonden aan de Middelweg, een paar honder meter naar het oosten. Wateroverlast zal vast een reden voor dat wandelen zijn geweest.

Van: http://www.heimatkundlicher-arbeitskreis.de/Veranstaltungen/TagdesDenkmals/KircheStGeorgiwold.htm
Midden in het lint links, direkt aan de zuidkant van het watertje, het Großsoltborger Sieltief, staat het kerkje. De Middelweg is de weg die in het oosten van noord naar zuid loopt
En waarom die kerk mij interesseert: vanwege de predikanten Klugkist die er gestaan hebben.

zondag 16 november 2014

Ruiten Aa, Veelerdiep en de kronkels

Zo was het op de kaart in 1933:

Ruiten-Aa bij Vlagtwedde in op topokaart1932.jpg
"Ruiten-Aa bij Vlagtwedde in op topokaart1932". Licentie CC BY-SA 3.0 via Wikimedia Commons .

De paarse beek is de Ruiten Aa, de blauwe het Veelerdiep. Ze komen samen tussen Wessinghuizen en Wedde. Toen en nu. Jarenlang heeft het er anders uitgezien dan de kaart weergeeft, immers ruilverkavelen en normaliseren was de landelijke hobby in de jaren '50, '60 en '70.

In 2005 zag het er anders uit. De Ruiten Aa is tussen Wessinghuizen en de samenloop met het Veelerdiep vrijwel rechtgetrokken.


Maar zie, er gebeurt wat. We krijgen een Ecologische Hoofdstructuur waarin natuurgebieden weer met elkaar verbonden worden. In Westerwolde dus ook. De rechtgetrokken Ruiten Aa krijgt zijn slingers weer terug, de steile oevers verdwijnen en stuwen worden anders aangelegd. Het afgelopen jaar heb ik dat van een afstand gevolgd: af en toe met huisgenoot Jykke wandelen en goed kijken.



Beide foto's hierboven zijn van mei 2012. Best mooi vind ik.






September 2014, er wordt hard gewerkt. Geulen graven, geulen dichtgooien, oevers afgraven.






November 2014, kijk aan, het wordt wat!


zaterdag 25 oktober 2014

Wijsheid en onverstand, Eerste en Tweede Kamer de Staten-Generaal

Regelmatig hoor en lees ik dat de Eerste Kamer maar moet worden afgeschaft, de Tweede Kamer is voldoende. Ook politici in de Tweede Kamer hoor ik dat uitkramen. En dan dit:



Onze volksvertegenwoordigers in de Tweede Kamer gaan er zo te zien van uit dat eenieder in staat is via www.tweedekamer.nl of een Ipad-app hen te volgen.

Gelukkig is er ook dit:



 Waar zit nu de wijsheid?





zondag 14 september 2014

Open Monumentendag in noordoost-Fryslân

Een aantal zaken kwam samen dit weekend: mooi weer, Open Monumentendag en de jaarmarkt in Oude Pekela. Vrijdagmiddag op weg naar Aldegea dus. Daar zijn er drie van weet ik nu: één in de gemeente De Friese Meren (die per 1 juni 2015 De Fryske Marren heet), één in de gemeente Súdwest-Fryslân en dan nog Aldegea in Smallingerland. De laatste was het. Vlak buiten het dorp ligt een erg rustige en fraai gelegen SVR-camping met trekkershutten, precies wat we zochten. Weinig mede-campinggenoten: buren die een fietsleutel kwijtraakten in de naastgelegen hut en verder nog de bewoners van een tiental Mercedes-campers die elkaar regelmatig leken te ontmoeten. Een merkwaardige en vermakelijke kronkel van veel campingexploitanten is dat wanneer je in een tent of trekkershut overnacht je je auto vaak niet op de camping zelf mag laten staan omdat dat een beschadiging van de graszode kan opleveren terwijl tonnenzware campers wel gewoon op diezelfde camping mogen staan en rijden. Ik vind het overigens prima dat autos van kampterreinen zelf worden geweerd.

Open Monumentendag begon in Aldegea zelf. Het Rechthuis, de pastorie en de St. Agathakerk molen De Hoop en een grenssteen tussen Aldegea en Nyegea.

De pastorie



St. Agathakerk
Merkwaardig is dat de geschiedenis van de kerk geprint op twee A4-tjes in de kerk ligt maar dat je daar geen exemplaar van mee mag nemen, want "zoveel zijn er niet en mensen gooien het toch maar weg".
Even verderop, richting Nyegea, vind je dan de restanten van korenmolen De Hoop. Geen rijksmonument, daarom hier iets beschrijving uit een brochure over de monumenten van Aldegea dat bij de kerk werd uitgedeeld: in 1908 als stellingmolen gebouwd op de plaats van een in 1907 afgebroken standerdmolen. In 1918 werd de molenaarsmolen gebouwd, in 1935 een pakhuis tussen molen en woning. Van de molen is nu alleen nog de stomp over. Ik vind het een prachtig complexje.

Restant molen De Hoop
De grenssteen zal ik verder niemand mee lastig vallen.

Na Aldegea was het de bedoeling de via de middeleeuwse kerken van Gytsjerk, Oentsjerk en Aldtsjerk naar die van Rinsumageast te gaan. Op zich is dat gelukt, maar om de één of andere reden waren de kerkjes van Gytsjerk, Oentsjerk en Aldtsjerk op Open Monumentendag niet te bezichtigen. Jammer, want volgens het onvolprezen Alle middeleeuwse kerken-Van Harlingen tot Wilhelmshaven van Peter Karstkarel hebben ze prachtige interieurs. Nu dus alleen de buitenkanten, ook de moeite waard.


Gytsjerk


Oentsjerk
Aldtsjerk

Door naar Rinsumageast dus, waar de bijzondere Alexanderkerk staat. Deze kerk was gelukkig wel geopend zodat naast de prachtige buitenkant ook het interieur te zien was. In de kerk was een enthousiaste en trotse gids aanwezig die alle wetenswaardigheden over deze kerk graag vertelde.




Terug naar Aldegea dan ook even langs Feanwâlden voor de Schierstins die al jaren op het lijstje stond om te bekijken. Mooi, maar minder imposant dan in mijn beeld:


Vandaag nog naar Sibrandahûs in Dantumadeel, daar staat een klein kerkje dat ooit bij het klooster Klaarkamp hoorde.




Uiteindelijk is ook nog de Bonifatiuskapel in Dokkum in beeld gekomen, maar dat is een verhaal apart waar ik later weleens op terug kom. Iets met 5 juni, 18 juni en de biblebelt ...

Wat verder opviel: het was erg rustig bij al deze monumenten, vrijwel geen bezoekers. Jammer, want deze gebouwen zijn stuk voor stuk meer dan de moeite waard.